'Onder de douche. Bij voorkeur een paar keer per dag.'
‘Je komt binnen en dan trek je je schoenen uit. Wil je iets uit de koelkast? Dan was je eerst je handen, daar is geen discussie over mogelijk.'
'Aan mijn collectie brillen, sneakers en platen moet je niet komen, ook niet als je je handen wast. Punt uit!'
‘Zo min mogelijk kleding dragen. Hoe minder mensen thuis zijn, hoe meer ik uittrek. Dat gaat overigens niet op wanneer mijn dochters thuis zijn. In hun ogen kan dat écht niet.'
'Nou, ik heb in mijn kast een vak 'streefkleding': daar hoop ik ooit weer in te passen. Die kans is tamelijk klein dus die stapel kan in principe de deur uit. Maar ja.'
‘Ik heb een tijdje alleen met de kinderen gewoond, toen deed ik alles. Vreselijk vind ik het ophangen van de was, die onmogelijke en ontelbare kleine dingen. Weet je hoeveel tijd daarin gaat zitten?'
‘Haal planten in huis. Staat gezellig en ze zijn in mijn beleving goed voor je gezondheid.'
‘Ik mis ruimte. De kinderen, een tweeling, delen nu nog de zolder. Eén dochter is bijna manisch netjes. De ander, je raadt het al, is het tegenovergestelde. De wens is de dakkapel te verbreden, zodat we twee kamers kunnen maken. Ze worden toch steeds meer twee individuen.'
‘Sowieso ben ik gesteld op mijn privéleven. Maar om te zeggen dat iemand écht niet naar binnen mag, ik kan zo niemand verzinnen.'
'Mijn trainingsmaatje die nu in Weesp woont. Ik denk dat we dan iets vaker zouden trainen. Dat zou ik als win-winsituatie zien.'