Terug van een wereldreis. Terug in ons mini-appartementje in Utrecht. Het is fantastisch dat we na zo’n lange tijd in elk geval een eigen plek hebben om naar terug te keren. Er is alleen één grote ‘maar’. Als je zo’n
enorme vrijheid hebt ervaren, is 36m2 met zijn tweeën en zonder buitenruimte ineens wel héél klein en benauwend. Bovendien is de huur zó hoog voor wat we krijgen, dat de prijs-kwaliteitsverhouding ver te zoeken is. Hoog tijd
voor iets anders dus: onze eerste koopwoning!
Maar hoe start je zo’n zoektocht? Wat willen we? En misschien nog wel belangrijker: wat kúnnen we eigenlijk? Ik neem je mee in ons huizenavontuur, maar niet voordat
ik je een korte update heb gegeven over onze persoonlijke situatie. Na onze wereldreis is mijn vriend direct weer gestart bij zijn werkgever. Ik ben daarentegen helemaal gestopt met mijn baan in loondienst en voor mijzelf begonnen als freelance
tekstschrijver. Gelukkig kan mijn vriend een intentieverklaring krijgen, waarmee we naar de bank kunnen, maar als zelfstandige kan ik waarschijnlijk geen hypotheek krijgen. Toch?
Naar de hypotheekadviseur
We plannen een gesprek in met een hypotheekadviseur om onze allereerste vraag te beantwoorden: wat kunnen we? Om eerlijk te zijn ben ik nogal sceptisch en verwacht ik niet dat we met één salaris heel ver zullen komen. Bij binnenkomst treffen we een uiterst vriendelijke hypotheekadviseur: 'Vertel, waar kan ik jullie mee helpen?'
We vertellen ons verhaal. En eerlijk? Op dat moment voel ik me plotseling behoorlijk onzeker. Ineens zie ik voor me wie de hypotheekadviseur tegenover zich heeft en bedenk ik me wat hij voor zich zou kunnen zien. Twee jonge mensen. Op wereldreis geweest. Een jaar lang geleefd
van hun spaarrekening. De één nog geen vast contract. De ander net voor zichzelf begonnen. Maar wél een huis willen kopen. Hopeloos, denk ik. En ik schaam mij een beetje. Ik wil al bijna met mijn staart tussen mijn
benen afdruipen. Tot de hypotheekadviseur begint te praten.
We komen een heel eind
Hij ziet helemaal geen hopeloos geval tegenover zich zitten. En mocht hij dat al denken, dan kan hij dat bijzonder goed verbergen. Langzaam krijg ik mijn vertrouwen terug. Wat blijkt? Op één salaris komen we een heel eind. Én we mogen rekenen met de toekomstige salarisverhoging van mijn vriend die eraan zit te komen. Dat moeten we dan wel even zwart op wit krijgen van zijn werkgever, maar dat moet geen probleem
vormen. Het scheelt in elk geval heel veel op wat we uiteindelijk kunnen lenen.