
Traditioneel is een cv-installatie uitgevoerd met radiatoren in vrijwel elke ruimte. De radiator wordt steeds vaker vervangen door convectoren en vloerverwarming. De keuze in radiatoren is enorm. Van een eenvoudige radiator, designradiatoren voor in badkamers tot klassieke modellen. Convectoren nemen minder ruimte in dan radiatoren. Ze warmen lucht op, waardoor die lucht stijgt en het apparaat verlaat. Zo wordt de ruimte opgewarmd door hete lucht. Convectoren werken het beste bij hogere temperaturen (70 tot 80 °C)
Met behulp van thermostaatkranen wordt per ruimte de temperatuur geregeld. De werking van een thermostaatkraan is doorgaans afhankelijk de kamerthermostaat. De kamerthermostaat geeft een signaal aan de ketel als deze moet branden. Als de woonkamer, waar de kamerthermostaat meestal hangt, op temperatuur is en de ruimte met thermostaatkraan nog niet, dan stopt de cv-ketel op aangeven van de kamerthermostaat met branden.
Om dit probleem met thermostaatkranen te ondervangen zijn er ook systemen waarbij elke thermostaatkraan de cv-ketel apart aanstuurt. Met deze slimme thermostaatkranen verwarm je alleen de gewenste ruimtes. Dit bespaart energie.