Een muur van weerstand
Thon Karelse woonde met zijn vrouw in een appartement uit 1898 midden in Amsterdam. De fundering moest hersteld worden, maar een medebewoner van het pand wilde niet meewerken. Eén dwarsligger was genoeg om het hele herstel te blokkeren.

Het verhaal van Thon Karelse
Een appartement uit 1898, midden in Amsterdam, op houten palen. Als architect had Thon Karelse de technische kennis om te begrijpen wat dat betekende. Maar hij kon niet voorzien hoe complex het zou worden om de fundering daadwerkelijk te herstellen. Niet vanwege de techniek, maar vanwege de mensen.
“Als je zo’n huis koopt, staat er iets in het contract over het risico van de houten palen,” vertelt Thon. “Maar dan moet je al kennis van zaken hebben om te snappen waar het over gaat. Het is zo technisch. Er staat zelfs dat je op termijn verplicht gesteld kan worden om funderingsherstel uit te voeren. Maar de meeste mensen zijn zich daar helemaal niet bewust van.”
Belegging voor de oude dag
Eind jaren negentig kochten Thon en zijn vrouw het appartement op de tweede verdieping in de wijk Duivelseiland. Eigenlijk als belegging voor de oude dag, want Thon was toen zelfstandig ondernemer. Eerst huurden hun zoon en dochter het, later gingen Thon en zijn vrouw er zelf wonen. Rond 2004 liep er een stadsvernieuwingsproject waarbij her en der in de buurt funderingen werden verbeterd. “Toen raakte ik in gesprek met buurtbewoners en kwam ik erachter wat dat inhield. Dat zette me aan het denken.”
De meeste mensen zijn zich er niet bewust van dat je verplicht gesteld kan worden om funderingsherstel uit te voeren.
Onder spanning
Al snel werd duidelijk dat het pand waar ze in woonden niet meer stevig was. De eerste signalen kwamen langzaam: klemmende deuren, scheve vloeren en ramen die niet meer functioneerden. “Het werd erger op het moment dat de panden naast ons opnieuw gefundeerd waren,” vertelt Thon. “Ons pand maakte deel uit van een rij waarin de panden aan weerszijden al waren hersteld, maar ons pand en dat van de directe buren nog niet. Daardoor kwam de gedeelde middenmuur van deze twee niet-herstelde panden onder extra spanning te staan, want het leunt allemaal op elkaar.”
Elke keer als er een nieuwe eigenaar in de VvE kwam, moest het overleg over de fundering weer helemaal opnieuw beginnen.
Dwars
Het was duidelijk dat er iets moest gebeuren aan de fundering. Binnen de VvE, bestaande uit vier eigenaren, ontstond een jarenlange impasse. Het appartement op de bovenste verdieping wisselde in de tijd dat Thon en zijn vrouw er woonden wel vier keer van eigenaar, waardoor het overleg telkens opnieuw moest beginnen. Toen het herstel echt ter sprake kwam, lag er één eigenaar structureel dwars. “Hij wilde niets en had zijn eigen regels bedacht,” zegt Thon. “Hij dacht dat hij samen met de bovenbuurman de meerderheid had en dus kon bepalen wat er gebeurde. Maar zo werkt het niet: elke verdieping heeft één stem en beslissingen moeten unaniem genomen worden.” Daar kwam bij dat hij van plan was te verhuizen en het niet zag zitten om nog te investeren in herstelkosten voor een woning die hij zou verlaten. Ook vond hij dat sommige bewoners er beter vanaf kwamen dan hijzelf. “De eigenaren op de begane grond kregen praktisch een nieuw appartement en hij niet. Dat bracht weer bezwaren met zich mee.” Dit zorgde ervoor dat het proces lange tijd stil kwam te liggen. Eén dwarsligger was genoeg om het hele herstel te blokkeren.
Over de streep
Thon bleef rustig praten en uitleggen. Hij liet zien hoe een stalen balk in de kruipruimte totaal verroest was. Een muur zakte verder en het risico op instabiliteit nam toe. “Ik heb hem dat allemaal laten zien en uitgelegd. Langzaam daalde het bij hem in en zo trokken we hem uiteindelijk over de streep.”
Toen het eenmaal lukte om binnen de VvE tot een akkoord te komen, benaderden Thon en zijn medebewoners ook de buren in het naastgelegen pand dat ook nog niet was gestabiliseerd. “We konden het beter samen doen, want dat drukte de kosten aanzienlijk. Toen konden we het met acht eigenaren doen in plaats van vier.”
Langzaam daalde het bij hem in dat herstel echt nodig was en zo trokken we hem over de streep.
Stoffig
Via zijn netwerk vond Thon een betrouwbare constructeur die het proces begeleidde. “Dat was een klein bureau. Ik had direct contact en hij had al vaker met dat bijltje gehakt.” De voorbereidingen zoals de berekeningen doen en het plan maken duurden vier maanden en de verbouwing zelf een half jaar. “De eigenaren op de begane grond moesten het huis tijdelijk uit, maar wij konden er wel blijven wonen tijdens het herstelproces. We moesten door een bouwput naar boven. Het was natuurlijk stoffig en er was rommel, maar het was het waard.”
Het herstel verliep volgens plan. De gemeente werkte mee, inspecteurs kwamen langs, en Thon had een buffer ingebouwd voor onverwachte kosten: acht duizend euro extra, voor de zekerheid. Er waren gelukkig weinig verrassingen. Het hele herstel kostte uiteindelijk zo’n 160 duizend euro, verdeeld over acht appartementen.
Tien jaar eerder
Het herstel was duidelijk merkbaar. Geen klemmende deuren meer, geen scheve vloeren. “Je hebt het idee dat je weer een stevig huis hebt. Er valt dan wel iets van je af.” Thon kijkt terug met gemengde gevoelens. Het was een leerzaam traject, maar ook frustrerend. “Als die ene eigenaar niet had tegengewerkt, dan hadden we het herstel al kunnen doen toen de stadsvernieuwing werd gedaan. Toen was er al een aannemer en dan hadden ze ons pand gelijk mee kunnen nemen. Dan waren we al tien jaar eerder klaar geweest.”
Zijn advies aan andere huiseigenaren die aan de vooravond staan van funderingsherstel: “Laat het begeleiden door iemand van buiten. Iemand die technisch onderlegd is en boven de belangen staat. En werk met een begroting, geen open eindjes.” Hij vindt wel dat de gemeente een grotere rol moet spelen in het informeren van bewoners. “Ze weten precies welke panden welke fundering hebben en wat de risico’s zijn van bijvoorbeeld de houten palen. Ze zouden mensen actief moeten waarschuwen, zeker als buren hun fundering laten verbeteren, en uitleggen wat de gevolgen kunnen zijn voor het naastgelegen pand waar nog geen verbetering heeft plaatsgevonden. Ik vind dat hun plicht.”
Thon en zijn vrouw woonden jarenlang in het appartement, maar inmiddels zijn ze verhuisd. De foto's zijn genomen bij het pand waar het verhaal zich afspeelde.
Den Haag, laat huiseigenaren niet zakken
Funderingsproblemen raken heel Nederland. Daarom moet de overheid nu in actie komen:
- Echte hulp voor mensen die nu met funderingsproblemen kampen
- Eerlijke verdeling van herstelkosten tussen overheid en huiseigenaren
- Betere informatievoorziening over funderingsrisico’s
- Meer regie vanuit de overheid in de aanpak van funderingsproblematiek
- Focus op preventie door passend (grond)waterbeheer en klimaatadaptatie
Tijd voor actie: geef huiseigenaren perspectief. Pak de regie en zorg voor een eerlijke oplossing.